首页 | 本学科首页   官方微博 | 高级检索  
相似文献
 共查询到10条相似文献,搜索用时 125 毫秒
1.
Filters in the production of large and small volume parenterals are widely used. Using filters pharmacists must have guarantees for safety, validity, testing and fitting filters in the total production system. The same principle ofGmp can be used in Good Filtration Practice. Some examples of filter management will be given.To quantify the filter validity few realistic methods are found in the literature. The alarming results in the literature can be avoided by reviewing all the filter properties. For testing filters many methods are developed. The use of membrane filters nearby the patient is discussed. Some arguments for this policy will be given.Samenvatting Onder goed gestandaardiseerde condities kan de bereiding van parenteralia een altijd veilige procedure zijn, die leidt tot een verantwoord eindprodukt. In de praktijk blijkt dat menselijke concentratieproblemen en technische onvolkomenheden kunnen vóórkomen, zonder dat deze worden opgemerkt of naspeurbaar zijn. Extra veiligheden dienen derhalve te worden ingebouwd. In feite moet men een statistische benadering kiezen, waarbij de kans op een juist of onjuist eindprodukt niet door één onderdeel in het systeem wordt bepaald. Het gebruik van meer dan één filter in hetzelfde systeem is statistisch de juiste benadering.Filters zijn voor het bereiden van parenteralia geschikt indien de bedrijfszekerheid, de deugdelijkheid, de toetsbaarheid alsmede de inpasbaarheid in het totale bereidingssysteem zijn aangetoond. Er zijn vele testmethodes voor filters ontwikkeld. Hergebruik is mogelijk, mits een juiste testmethodiek wordt toegepast.Er wordt een overzicht gegeven van de huidige filterunits en een vergelijking gemaakt tussen verschillende fabrikaten. Een verantwoording wordt gegeven van een juiste filterkeuze.Tot slot mag het gebruik van de parenteralia niet onvermeld blijven. Op dit punt zal het gebruik van filters voor de patiënt van even groot belang zijn.  相似文献   

2.
Samenvatting Endorfinen zijn endogene Stoffen die de werking van morfine nabootsen. De aanwezigheid van specifieke bindingsplaatsen voor morfine-achtige Stoffen (opiaatreceptoren) in de hersenen heeft bijgedragen tot de ontdekking van deze substanties. De tot nu toe ge?soleerde en gekarakteriseerde endorfinen zijn verwant aan het hypofysehormoonΒ-lipotropine. De hormonen van de hypofyse die, hoewel in kleinere hoeveelheden, ook in de hersenen aanwezig zijn, reguleren niet alleen de activiteit van perifeer gelegen endocriene organen, maar ook verschillende functies van het centrale zenuwstelsel. Voor hun invloed op hersenfuncties is echter niet het gehele molekuul nodig, wat voor hun klassieke endocriene werkzaamheid wel het geval is. Bepaalde brokstukken, neuropeptiden genaamd, blijken dezelfde effecten te bewerkstelligen als het moederhormoon. Deze neuropeptiden zijn vooral betrokken bij het aanleren en handhaven van nieuwe gedragspatronen. Vastgesteld is dat de endorfinen, behalve hun opiaatachtige werking, ook een belangrijke regulerende invloed uitoefenen op adaptief gedrag. Uit voortgezet onderzoek is gebleken dat de invloed op het gedrag van proefdieren van met name het peptide destyrosine-γ-endorfine (Dt γ e) in sommige opzichten vergelijkbaar is met dat van bekende neuroleptica. In een klinisch onderzoek bij schizofrene pati?nten werd een duidelijk antipsychotische werking vanDt γ e geconstateerd. Deze waarnemingen doen vermoeden dat de schizofrene psychose een gevolg is van een tekort aan het neuropeptideDtγe veroorzaakt door een ‘inborn error’ in het metabolisme van de endorfinen.
Endorphins and their importance for psychopathology
Endorphins are endogenous substances which mimic the action of morphine. The existence of specific binding sites for morphine-like drugs (opiate receptors) in the brain and in peripheral tissues led to the discovery of the endorphins. All hitherto isolated endorphins are structurally related to the pituitary hormoneΒ-lipotropin. Hormones of the pituitary gland which appear to be present in the brain albeit in much smaller quantities, are involved in brain functions. The influence of these hormones is localised in certain fragments, designated as neuropeptides, which themselves are devoid of the classical endocrine action of their, precursor molecules. In addition to their opiate-like activity, the endorphins appear to modulate adaptive behaviour. In particular the neuropeptide des-tyrosine-γ-endorphin (Dt γ e) produces effects on animal behaviour which are in some respects comparable to those of neuroleptic drugs. A clinical study with schizophrenic patients showed anti-psychotic activity ofDt γ e. These observations suggest that a decreased availability ofDt γ e due to an ‘inborn error’ in the metabolism of endorphins may be an aetiological factor in schizophrenic psychosis.


Dit artikel wordt gelijktijdig gepubliceerd in hetNed. Tijdschr. Geneesk.  相似文献   

3.
Conclusies De activiteit van het ‘mixed function oxidase’ systeem in de lever blijkt afhankelijk te zijn van een groot aantal factoren. Als gevolg daarvan kunnen de steady-state plasmaconcentraties die worden bereikt na toediening van een geneesmiddel in vaste dosering van persoon tot persoon zeer sterk uiteenlopen. Het is daarom gewenst dat de dosering, met name van farmaca met een geringe therapeutische breedte, wordt ge?ndividualiseerd. Vooralsnog zijn evenwel nog geen methoden beschikbaar waarmee het farmacon-metaboliserend vermogen van een individu in absolute zin kan worden vastgesteld. Daardoor is het alleen mogelijk de dosering te individualiseren door plasmaconcentraties van het desbetreffende geneesmiddel zelf te bepalen. De meest ideale methode om de dosering te individualiseren is wellicht die waarbij na een eenmalige dosering de halfwaardetijd van het desbetreffende geneesmiddel bij een bepaalde pati?nt wordt bepaald. Aannemend dat het verdelingsvolume redelijk constant is, kan dan met behulp van formule (1) de hoogte van de dosering alsmede het doseringsinterval worden berekend die nodig zijn om de gewenste steady-state plasmaconcentratie te bereiken. Overigens dienen dit soort gegevens met zorg te worden ge?nterpreteerd, omdat van sommige farmaca bekend is dat ze hun eigen omzetting versnellen, als gevolg waarvan de berekende steady-state plasmaconcentraties niet worden bereikt. Dit is onder andere het geval door carbamazepine en andere anti-epileptica (Rawlins e.a. 1975). Het verdient in het algemeen aanbeveling te controleren of de berekende steady-state plasmaconcentraties inderdaad worden bereikt.

Voordracht gehouden op de Farmacochemie-congresdag, Utrecht, 11 april 1978.  相似文献   

4.
Furoxone? exit     
Conclusie Het van de markt nemen van Furoxone® is op zichzelf een juist besluit en zal moeten worden gevolgd door dergelijke besluiten voor elk ander middel waarvan eveneens het therapeutisch belang niet opweegt tegen de mogelijke gebruiksrisico's.Alhoewel de betrokken firma aangeeft dat ze de beslissing van het college op een aantal punten beslist niet deelt, is het haar klaarblijkelijk niet mogelijk geweest deze te weerleggen. Het blijft vreemd dat bij een dergelijke zaak andere betrokkenen (artsen, apothekers) nauwelijks worden geïnformeerd over de werkelijke redenen. Pas in hetGeneesmiddelen bulletin (1980b) met als onderwerp Nitrofuranen, wordt medisch Nederland na bijna een half jaar op summiere wijze ingelicht. Het is te hopen dat dergelijke informatie in de toekomst sneller en beter zal plaatsvinden.  相似文献   

5.
Conclusie Met hetGpi H 250 zetpillengietapparaat kunnen zetpillen worden bereid die aan de te stellen eisen voldoen voor wat betreft gemiddeld gehalte en spreiding in het gehalte. Daarbij dient aandacht te worden besteed aan een juiste plaatsing van de roerder en aan een optimale roersnelheid; deze snelheid raoet steeds zo hoog mogelijk zijn om de suspensie homogeen te houden, maar niet zo hoog dat lucht in de zetpillenmassa wordt geslagen. De laatste vijf zetpillen van 2 ml en de laatste tien zetpillen van 1 ml dienen te worden verworpen.Het apparaat is overzichtelijk en goed schoon te maken.Bij gelegenheid van het 25-jarig jubileum van Prof. Dr. A.W.M.Indemans als Directeur van het Laboratorium der Nederlandse Apothekers.  相似文献   

6.
Samenvatting De therapie bij glaucoom is vaak veelzijdig en verwarrend. In eerste instantie dient het soort glaucoom te worden vastgesteld, daarnaast zijn er verschillende farmacologische middelen in gebruik, elk met een eigen aangrijpingspunt. Ze bezitten echter alle één gemeenschappelijk kenmerk, namélijk verlaging van de verhoogde intra-oculaire druk. Dit effect kan op verschillende manieren plaatsvinden: via een verbetering van de kamerwaterafvloed en/of via een vermindering van de kamerwaterproduktie. Het bereikte effect wordt langs een directe en/of een indirecte (centrale) weg tot stand gebracht. De keuze van de middelen zal eveneens afhangen van de te verwachten nadelen, zoals beïnvloeding van de pupilgrootte en het accommodatievermogen en eventueel andere systemisch optredende bijwerkingen.Het huidige assortiment van o.a. pilocarpine, carbachol, adrenaline, guanethidine en acetazolamide is in de laatste jaren uitgebreid met o.a. clonidine,thc en timolol. De toekomst moet ons echter leren of vooral dit laatste middel de plaats van het tot nu toe meest gebruikte farmacon, namelijk het pilocarpine, zal gaan innemen. Ook is het niet ondenkbaar dat de bestaande middelen dusdanig farmaceutisch worden gemodificeerd, zoals o.a. bij Ocusert® is gebeurd, dat de aanwezige nadelen grotendeels kunnen worden geëlimineerd.  相似文献   

7.
Samenvatting Beschreven wordt een distributiemethode ten behoeve van cytostatica waarbij de ziekenhuisapotheek een centrale plaats inneemt. Volgens het beschreven model ontvangen wekelijks gemiddeld 10–12 patiënten hun cytostatica. Hoewel, zoals bij alle regelingen, ook hier problemen voorkomen (bijv. de patiënt komt niet opdagen, het recept blijkt niet geschreven of is zoekgeraakt tussen de meestal talrijke papieren van de patiënt, de communicatie tussen polikliniek-afdeling-apotheek is niet goed geweest) kan toch worden gesteld dat voor de betrokkenen (artsen, verpleegkundigen, apotheekpersoneel en patiënten) deze gang van zaken tot ieders tevredenheid verloopt.  相似文献   

8.
Samenvatting In dit artikel wordt een overzicht gegeven van het tot dusver bekende fytochemisch en farmacologisch onderzoek naar de werkzame bestanddelen van de bladeren vanOrthosiphon stamineus Benth., dat als geneeskruid wordt toegepast bij nier- en blaasziekten en als diureticum. Hoewel een hoog kaliumgehalte en de aanwezigheid van inositol in het kruid wel verantwoordelijk worden gesteld voor de werking, is er nog geen duidelijke relatie tussen deze bestanddelen en de farmacologische effecten. Mogelijk zouden ook andere stoffen een rol kunnen spelen, zoals nog niet volledig ge?dentificeerde saponinen, terwijl flavono?den en hun omzettingsprodukten verantwoordelijk zouden kunnen zijn voor de bacteriostatische werking van Orthosiphon. In ons laboratorium is een onderzoek begonnen teneinde hierover opheldering te verschaffen.
Orthosiphon stamineus — Phytochemical and pharmacological research
In this paper a survey is given of the phytochemical and pharmacological research, known until now, into the active principles of the leaf drugOrthosiphon stamineus Benth., which is used therapeutically for diseases of the kidneys and the bladder and as a diuretic. Although a high potassium content and the presence of inositol have been claimed for the activity no clear relationship exists between these constituents and the pharmacological effects. Other constituents as for instance not fully identified saponins may possibly play a role and flavonoids and their metabolites would be responsible for the bacteriostatic activity of Orthosiphon. An investigation is in progress in our laboratory to elucidate these problems.
  相似文献   

9.
Conclusies De farmaceutische aspecten van dermatica zijn bij nadere beschouwing zo talrijk, dat het uitermate moeilijk is alle belangrijke zaken toe te lichten. Geprobeerd is een beperkt aantal zaken onder de aandacht te brengen, waardoor er mogelijk een beter inzicht is verkregen in de opbouw van diverse formuleringen. Men dient zich echter wel te realiseren dat vehicula, gebruikt ten behoeve van een farmaceutisch produkt, dikwijls verschillen met die van een cosmetisch evenbeeld. Bij het laatste is penetratie of protectie niet of nauwelijks vereist, alles is gericht op het cosmetisch effect. Toch is ook bij een farmaceutisch preparaat een dergelijk effect niet onbelangrijk, men moet het echter niet omkeren. Dit betekent dat men uiterst kritisch dient te staan ten opzichte van elke basis die wordt geïntroduceerd.Het lijkt erop dat deze soms worden gebracht onder het motto hoe duurder hoe beter. Een mooi recent voorbeeld is het Alphadrate®, een corticosteroïdvrije basis met de prijs van een triamcinoloncrème. Het zal goed zijn indien bij introductie van nieuwe bases bekeken kan worden of deze wel zoveel voordelen bezitten boven de goedkopere gestandaardiseerdeFna-preparaten, dit mede gezien de economische ontwikkelingen. Zover wij de huidige situatie kunnen bekijken zijn de verschillen slechts marginaal (behalve de financiële) en daarom kan gesteld worden dat het gebruik van commercieel verkrijgbare bases op therapeutische gronden nauwelijks te rechtvaardigen is. Wij mogen ons in Nederland uitermate gelukkig prijzen dat er een redelijk aantal gestandaardiseerde voorschriften voorhanden is waaruit iedere dermatoloog of huisarts kan kiezen bij het voorschrijven van dermatica.

Voordracht gehouden op de Wetenschappelijke voorjaarsdagKnmp, Utrecht, 9 april 1981.  相似文献   

10.
Certain differences between the native and experimental administration of hallucinogens, such as another route of administration, should not be disregarded. To set an example, the ritual use ofAnadenanthera enemas by South American Indians is discussed. In pharmacological studiesAnadenanthera alkaloids have been found to produce the alleged effects of these dosage forms. However, in contrast with dimethyltryptamine and its 5-methoxyderivative, bufotenine is likely to have no or only a weak central activity. Up to now oral administration has not been demonstrated to be effective, although relatively large doses have been studied. As first-pass metabolism is a likely cause of this inactivity, it cannot be safely assumed that rectal administration will give better results than oral administration.Samenvatting Bepaalde verschillen tussen de inheemse en experimentele toediening van hallucinogenen, zoals een andere toedieningsweg, mogen niet worden veronachtzaamd. Om een voorbeeld te geven wordt het rituele gebruik vanAnadenanthera klysma's door Zuidamerikaanse indianen besproken. In farmacologische onderzoekingen hebbenAnadenanthera-alkaloïden de werking die aan deze toedieningsvormen wordt toegeschreven. Het is evenwel aannemelijk dat bufotenine, in tegenstelling tot dimethyltryptamine en het 5-methoxyderivaat daarvan, geen of een slechts zwakke centrale werking heeft. Tot dusverre is niet aangetoond dat orale toediening effectief is, hoewel relatief hoge doses zijn onderzocht. Aangezien first-pass metabolisme een aannemelijke oorzaak hiervan is, kan niet veilig worden aangenomen dat rectale toediening betere resultaten zal geven dan orale toediening.  相似文献   

设为首页 | 免责声明 | 关于勤云 | 加入收藏

Copyright©北京勤云科技发展有限公司  京ICP备09084417号